Auteur | Harm, Norbert, en Ruud praten, Daan schrijft mee
Datum | 23-04-2021

Aan de virtuele koffiemachine met drie van onze experts

Waarom we de omgevingswet beter niet uitstellen


In het bestuurlijk overleg van VNG met minister Ollongren op 21 april is de beslissing of de Omgevingswet verantwoord in werking kan treden op 1 januari 2022 uitgesteld. Reden voor mij, de communicatieman van KokxDevoogd, om drie van onze kopstukken uit te nodigen voor kort gesprekje. Hoe zouden we hier nu, in een corona-vrije wereld, over gepraat hebben bij onze koffiemachine?

‘Hadden jullie mijn stukje op Linkedin al gezien?’ Zo opent Harm ons vroege vrijdagochtend zoomgesprek. Hij had zijn heldere mening al kort neergepend en de hashtag #AlleHensAanDek1122 gelanceerd.

 ‘De Omgevingswet moet je zeker niet onzorgvuldig laten starten, dat is helder, geen discussie over nodig,’ licht Harm toe. ‘Maar blijkbaar is die zorgvuldigheid nu nog onzeker of niet zeker genoeg, waardoor uitstel dreigt. Ik begrijp de zorgen, maar ik vind het toch ook zeer ongemakkelijk. De Omgevingswet is te belangrijk en moet nu eindelijk en zo snel mogelijk in werking treden. Wachten helpt niet, doorpakken juist wel.’

"We moeten investeringen te gelde maken"


En is Ruud de Vries het met Harm eens? ‘Helemaal. Alle overheidslagen zijn al jaren bezig zijn met varianten van maatschappij-, vraag- en zaakgericht werken, in combinatie met deregulering, interbestuurlijk samenwerken en het effectiever betrekken van de samenleving bij het bepalen van en communiceren over nieuw beleid. Dat is nu precies de kern van de Omgevingswet die hier zelfs een wettelijke basis voor geeft, dus waarom zou je deze uitstellen?’

Voor Ruud is het duidelijk een no-brainer. Norbert de Blaay valt hem bij. Hij kijkt ook scherp naar de financiële kant. ‘Laten we niet weer uitstellen, want daarmee duurt het weer langer voordat de investeringen zich uitbetalen met lagere kosten voor het bedrijfsleven en burgers.’

"Niets is ooit volledig af; het gaat om werkende reguliere ketens"


In het bestuurlijk overleg op 21 april gaven partijen aan dat zij een goede start van de Omgevingswet willen, maar dat er een werkend stelsel moet zijn bij alle overheden met voldoende oefentijd om met het stelsel te leren werken. Er werd ook gesproken over tijdelijke alternatieve maatregelen. Wat vindt Ruud de Vries daarvan? ‘Er is continu discussie over het Digitaal Stelsel Omgevingswet dat nog niet helemaal af is. Grote, meerjarige ICT-trajecten met een waterval-aanpak bleken al vaak genoeg niet zaligmakend, het risico op ontsporing is altijd groot. Het DSO is, net als veel andere overheidsregistraties ingewikkeld doordat het een combinatie is van een landelijke voorziening en verschillende decentrale systemen. De vraag moet niet zijn, of hét DSO af is. Niets is namelijk ooit volledig af. Dat is wachten op Godot.’

Ruud: ’Een ingewikkeld systeem als het DSO ontwikkelt zich pas volledig uit doordat het gebruikt wordt. De leidende vragen moeten zijn, of er én een stabiele beginsituatie is om de reguliere processen te gaan uitvoeren, én of er vertrouwen van de ontwikkelpartners in elkaar om problemen en nieuwe inzichten effectief het hoofd te bieden, al dan niet met tijdelijke oplossingen .’

En, is die stabiele beginsituatie er? Ruud denkt van wel. ‘Ik denk het wel, maar als er nog een aantal maanden nodig is om elkaars nieren te proeven en aanvullende afspraken te maken, dan is dat zo’. Transities als deze vragen om een procesaanpak waarbij (tussen)resultaten in de praktijk worden gebruikt om te toetsen, te evalueren en bij te stellen. The proof of the pudding is in the eating: nieuwe bevindingen zullen er zijn. Er zal de komende jaren nog vaak opnieuw gedacht, gebouwd en getest moeten worden, maar laten we dat doen voor echte praktijkvraagstukken. Er is niet voor niets gekozen voor een Agile-aanpak. Laten we daar dan ook naar handelen.’

Kunnen profiteren van de Omgevingswet


Harm Borgers noemt nog een andere invalshoek: ‘Natuurlijk is het digitale spoor belangrijk en ik sluit mij aan bij Ruud dat het waarschijnlijk nog veel slimmer en beter kan dan nu gebeurt. Uiteindelijk gaat het erom dat die wet niet – Harm tekent symbolisch een paar quotes in de lucht – “van de overheid” is maar “voor de duurzame samenleving”. Bedrijven en burgers moeten kunnen profiteren van goede plannen van de overheid om de leefomgeving te verbeteren. En zij hebben recht op snellere vergunningsverlening, betere participatie, meer maatwerk en minder administratieve lasten. Maar ook provincies en gemeenten kunnen profiteren van de integrale benadering van de Omgevingswet, met de volgende stap in hun digitale dienstverlening en met voorrang voor decentrale ambities, visie en uitvoering.’

Durven vertrouwen 


Norbert de Blaay: ‘Ach, bestuurders en professionals hebben de afgelopen jaren laten zien dat ze elkaar weten te vinden als het nodig is. Zo hebben het Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen bestuurlijke afspraken gemaakt over de verdeling van de financiële effecten van de Ow. Daarnaast zijn er afzonderlijke afspraken over verschillende evaluatiemomenten. Zeker nu, in tijden van onzekerheid, zijn die heel belangrijk, , stelt Norbert de Blaay. ‘De financiële effecten hebben we in het Integraal Financieel Beeld op hoofdlijnen inzichtelijk gemaakt en vorige maand gepubliceerd, Met relatief grote onzekerheden en bandbreedten voor de verschillende overheden, dat wel. Dat is eigenlijk vrij logisch. Maar het vraagt nu wel veel van de onderlinge verhoudingen tussen overheden.’

Is dat dan een probleem? Norbert: ’Als overheden durven te vertrouwen op de naleving van bestuurlijke afspraken hoeft dat geen probleem te zijn. En dat mogen we best van overheden verlangen, gezien de mogelijke grote financiële effecten voor burgers en bedrijven. Als bestuurder zou je daar, ondanks alle complexiteit en onzekerheid, altijd voor moeten gaan,’

Ruud de Vries: ‘Laten we ook niet vergeten dat sommige bestuurders en met name professionals ondertussen Omgevingswet-moe dreigen te worden omdat zij aan de slag willen maar niet kunnen. En de échte issues komen naar boven, juist omdát er een deadline is ’ Hij vindt dat er vooral naar de mogelijkheden gekeken moet worden die werken in de Omgevingswet biedt. ‘We moeten budget vrijmaken en alles op alles zetten om vanaf 2022 aan onze inwoners en ondernemers te laten zien waar wij als één overheid toe in staat zijn.’

Aan het werk


Is er genoeg tijd nog tot 1 januari? ‘Er is nog ruim een half jaar te gaan,’ stelt Norbert nuchter vast. ‘Ik weiger mijn vertrouwen te verliezen in ons vermogen om deze problemen op te lossen.’

Harm: “Ik zeg: dat moet toch lukken. Weg met de koudwatervrees en de behoefte om alles tot achter alle komma’s klaar te hebben. Het enige dat nodig is, is een minimale versie van het DSO om te kunnen starten: ik zou niet weten waarom dat niet haalbaar is. En daarom dus nu #AlleHensAanDek1122.’

Ik zie Ruud en Norbert van harte knikken. ‘Aan het werk, dus. We bellen.’ En iedereen vliegt weer weg. Wordt vervolgt rond 20 mei, hopelijk bij onze echte koffiemachine.

Harm Borgers, Norbert de Blaay en Ruud de Vries zijn senior adviseurs bij KokxDeVoogd en expert op het gebied van de omgevingswet. Meer over wie zij zijn of hun contactgegevens?

Delen via: